Huren kappersstoel kwalificeert als arbeidsovereenkomst  

Huren kappersstoel kwalificeert als arbeidsovereenkomst  

De discussie over de vraag of iets een arbeidsovereenkomst of zzp-constructie is, blijft ook in de zomer voor bijzondere uitspraken zorgen. In deze uitspraak oordeelt de rechter dat ook het huren van een kappersstoel kwalificeert als arbeidsovereenkomst.  

Bepalingen 

De situatie is als volgt. Partijen werkten eerst samen op grond van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Daarna is onderhandeld over de samenwerking en heeft werknemer zich ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Partijen (barber en opdrachtgever) zijn toen een overeenkomst van opdracht aangegaan voor de duur van een half jaar. Hierin is bepaald dat: 

• de barber toegang heeft tot de werkplaats binnen de openingstijden van opdrachtgever; 

• de barder gebruik maakt van het kassasysteem en pinautomaat van opdrachtgever;  

• de barber minimaal 70% van de overeengekomen uren aanwezig dient te zijn; 

• de barber verplicht is de door de opdrachtgever verzorgde opleiding te volgen; 

• de barber gehouden is aan een geheimhoudings-, concurrentie-, relatie, anti-ronselbeding; 

• de barber factureert weliswaar aan opdrachtgever maar dit kon pas na ontvangst van het uren-overzicht van opdrachtgever. 

De barber stelt zich op het standpunt dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst omdat er voldaan is aan de daarvoor geldende vereisten arbeid, gezag en loon. Hij vordert zowel de billijke als de transitievergoeding. Ook vordert hij achterstallig salaris, reiskostenvergoeding en uitbetaling van vakantiedagen.  

Oordeel kantonrechter 

De kantonrechter oordeelt als volgt. Partijen zijn een stoelhuurconstructie aangegaan waarbij de barber gebruik kon maken van 3 m2 bestaande uit een stoel, wasunit en spiegel. De barber factureerde nadat 35% van de bruto omzet was afgedragen aan de opdrachtgever. De overeenkomst van opdracht gaf geen ruimte voor vervanging van de barber, dus de werkzaamheden moest hij zelf persoonlijk uitvoeren. Opdrachtgever betoogt dat de barber zelf mocht bepalen wanneer hij de werkzaamheden uitvoerde. De kantonrechter oordeelt dat dit niet te rijmen valt met de verplichting om 70% van de overeengekomen uren aanwezig te zijn. Ook gaat de kantonrechter niet mee in het betoog dat de barber grote mate van vrijheid zou hebben. De barder had geen andere opdrachtgever en was gehouden aan alle bedingen.  

Dit alles tezamen leidt tot het oordeel dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst en dus niet van een overeenkomst van opdracht.  

Omdat niet duidelijk is hoeveel uur werknemer gemiddeld werkte, wordt de zaak aangehouden. Partijen krijgen de mogelijkheid om bewijs aan te leveren over de uren, zodat de kantonrechter daarna uitspraak kan doen over de vorderingen.  

NOVO’s tip 

Vanaf 1 januari 2025 gaat de Belastingdienst actief controleren op de flexibele arbeidsrelaties. Dit wil zeggen dat de huidige zzp’ers die nu voor je werken wellicht aangemerkt kunnen worden als werknemer en de financiële gevolgen erg groot kunnen zijn. Meer weten over zzp’ers? Neem dan contact op met NOVO Advocatuur en Mediation te Breda, Specialist in Arbeidsrecht via  info@novo-advocatuur.nl of 076-2056040.